Verkeersregels en verkeersveiligheid - Polen

In welke regel bent u geïnteresseerd?

Het gebruik van veiligheidsgordel of kinderzitje is VERPLICHT (Richtlijn 91/671/EEG als gewijzigd).

Veiligheidsgordels zijn niet verplicht voor:

  • personen met een medisch certificaat dat hen vrijstelt van de gordelplicht
  • zichtbaar zwangere vrouwen
  • taxichauffeurs die passagiers vervoeren
  • rij-instructeurs en -examinatoren tijdens rijlessen en examens
  • ambtenaren van politie, de binnenlandse veiligheidsdienst, de inlichtingendienst, de militaire contraspionage, de militaire inlichtingendienst, het centrale bureau voor corruptiebestrijding en de grensbewaking, belastinginspecteurs, douaniers, gevangenisbewakers en Poolse soldaten, tijdens het vervoer van arrestanten
  • ambtenaren van de veiligheidsdienst van de Poolse overheid tijdens de uitoefening van hun taken
  • agenten van de militaire politie tijdens de uitoefening van hun taken
  • medische teams tijdens het verlenen van medische bijstand
  • begeleiders van geldtransporten
  • zieken of gehandicapten die worden vervoerd op een draagberrie of in een rolstoel
  • kinderen onder de drie op een bus
  • kinderen onder de vijf op een lijnbus die geen afzonderlijke zitplaats hebben

Kinderzitjes zijn niet verplicht in:

  • taxi's
  • bussen
  • ambulances
  • politievoertuigen
  • voertuigen van de grensbewaking
  • voertuigen van de gemeentelijke politie
  • gevallen waarin een medisch certificaat het kind vrijstelt van het kinderzitje of andere methoden om een kind vast te maken

Rood betekent "Stop": u mag niet voorbij het verkeerslicht.

Rood en oranje samen betekent ook "Stop", maar geeft aan dat het licht bijna op groen springt

Groen betekent dat u mag doorgaan, op voorwaarde dat u het kruispunt tijdens de groene fase kunt oversteken en u niemand in gevaar brengt als u het kruispunt opgaat

Oranje betekent "Stop". Alleen als u zo dicht bij het verkeerslicht bent dat u bruusk zou moeten remmen, mag u doorrijden bij oranje licht. Oranje geeft ook aan dat het licht bijna op rood springt.

Een groene pijl onder een rood licht betekent dat u mag afslaan in de richting van de pijl, op voorwaarde dat u eerst stopt aan het verkeerslicht en de weggebruikers die groen licht hebben, niet hindert.

Motorfietsen
Voertuigen tot 3,5 ton

Maximumsnelheid [km/u](tenzij anders aangegeven door verkeerstekens)

Binnen de bebouwde kom
  • 50 km/u
20

20 km/u op woonerven

Buiten de bebouwde kom/andere wegen


Autosnelwegen/expreswegen met middenberm
  • Autowegen: 120 km/u
  • Autosnelwegen: 140 km/u, 100 km/u op verbindingswegen met gescheiden rijbanen Quads niet toegestaan
Expreswegen zonder middenberm en autowegen met middenberm en minstens twee rijstroken in elke richtingMaximumsnelheid voor motorrijwielen (ook met aanhanger), quads en motorfietsen met een passagier tot 7 jaar oud: 40 km/u

Personenauto's en bestelauto's
Voertuigen tot 3,5 ton

Maximumsnelheid [km/u](tenzij anders aangegeven door verkeerstekens)

Binnen de bebouwde kom
  • 50 km/u
20

20 km/u op woonerven

Buiten de bebouwde kom/andere wegen


Autosnelwegen/wegen met gescheiden rijbanen.
  • Autosnelwegen: 140 km/h.
  • Wegen met gescheiden rijbanen: 120 km/h.
Expreswegen zonder middenberm en autowegen met middenberm en minstens twee rijstroken in elke richting

Personenauto's en bestelauto's met aanhanger
Voertuigen tot 3,5 ton

Maximumsnelheid [km/u](tenzij anders aangegeven door verkeerstekens)

Binnen de bebouwde kom
  • 50 km/u
20

20 km/u op woonerven

Autosnelwegen en expreswegen, evenals autowegen met middenberm en minstens twee rijstroken in elke richting
Buiten de bebouwde kom/andere wegen


Vrachtauto's
boven 3,5 ton

Maximumsnelheid [km/u](tenzij anders aangegeven door verkeerstekens)

Binnen de bebouwde kom
  • 50 km/u
20

20 km/u op woonerven

Autosnelwegen en expreswegen, evenals autowegen met middenberm en minstens twee rijstroken in elke richting
Buiten de bebouwde kom/andere wegen


Bussen

Maximumsnelheid [km/u](tenzij anders aangegeven door verkeerstekens)

Autosnelwegen en expreswegen, evenals autowegen met middenberm en minstens twee rijstroken in elke richting


Binnen de bebouwde kom
  • 50 km/u
20

20 km/u op woonerven

Buiten de bebouwde kom/andere wegen


Autosnelwegen en expreswegen voor bussen met speciale technische uitrusting
< 0,2 g/l

Ervaren bestuurders

< 0,2 g/l

Beginnende bestuurders

< 0,2 g/l

Beroepschauffeurs

Verboden middelen

Opiaten (morfine en heroïne)

Amfetamine en dergelijke (metamfetamine, ecstasy)

Cocaïne

THC (cannabis)

Benzodiazepinen

Alle stoffen met ongeveer hetzelfde effect als alcohol

Fietsers

50

Fietsers moeten het fietspad of de fietsstrook gebruiken voorzover aanwezig en bestemd voor de gewenste richting. Fietsers mogen bij wijze van uitzondering naast een andere fietser of een bromfietser rijden als dit de andere weggebruikers niet hindert en de verkeersveiligheid niet in het gedrang brengt.

Fietsers mogen uitzonderlijk het trottoir of het voetpad gebruiken als:

  • zij een fietsend kind onder de 10 jaar begeleiden
  • het trottoir naast een weg met een maximumsnelheid van meer dan 50 km/u ligt en minstens twee meter breed is, en er geen fietspad of fietsstrook is
  • weersomstandigheden het fietsen op de weg onveilig maken (sneeuw, hevige wind, stortregen, ijs, dikke mist)

Fietsers die een trottoir of voetpad gebruiken, moeten langzaam en voorzichtig rijden en voorrang geven aan voetgangers.

Het is fietsers verboden:

  • op de weg te rijden naast een andere weggebruiker
  • te rijden zonder minstens één hand aan het stuur of zonder beide voeten op de pedalen of voetsteunen
  • zich vast te houden aan andere voertuigen

In sommige steden zijn er fietsopstelstroken of fietsstroken in de tegenovergestelde rijrichting.

In steden komen ook wegen voor die zowel voor voetgangers als voor fietsers bestemd zijn. Op dergelijke wegen moeten fietsers bijzonder voorzichtig zijn en voetgangers voorrang verlenen.

Voetgangers

5050

Voetgangers moeten het trottoir of het voetpad gebruiken, en waar deze niet bestaan de wegberm. Als er geen wegberm is of als die niet bruikbaar is, mogen voetgangers op de weg lopen als zij zo dicht mogelijk bij de rand blijven en voorrang verlenen aan naderende voertuigen.

Voetgangers die in de wegberm of op de weg lopen, moeten aan de linkerkant blijven.

Voetgangers mogen fietspaden alleen gebruiken als er geen trottoir of wegberm is, of als die onbruikbaar zijn. Behalve als zij gehandicapt zijn, moeten voetgangers op een fietspad voorrang verlenen aan fietsers.

Voetpaden/voetgangersgebieden

50

Voetwegen/voetgangersgebieden mogen uitsluitend door voetgangers worden gebruikt. Iedere andere vorm van verkeer is er verboden.

Woonerven

50

In woonerven hebben voetgangers voorrang op voertuigen. Zij mogen de volledige breedte van de weg gebruiken en oversteken waar zij maar willen. Kinderen onder de 7 jaar mogen de weg gebruiken zonder toezicht van volwassenen. De maximumsnelheid bedraagt er 20 km/u.

Busstroken

50

Sommige rijstroken zijn alleen bestemd voor openbaar vervoer.

Autosnelwegen

Rijden op de vluchtstrook is verboden. Stoppen of parkeren is alleen toegestaan in noodgevallen.

Fietsen
Bromfietsers
Motorfietsen met/zonder zijspanVerplicht voor modellen die standaard over veiligheidsgordels beschikken
Lichte en zware trikesVerplicht voor modellen die standaard over veiligheidsgordels beschikken
Lichte en zware quadsVerplicht voor modellen met gesloten carrosserie die standaard over veiligheidsgordels beschikten
Niet toegestaan achter het stuur zonder handsfree set
Toegestaan achter het stuur bij gebruik van een handsfree set


Het is verboden voor voetgangers, wanneer zij een straat, pad of zebrapad betreden, om een mobiele telefoon of een ander elektronisch apparaat te gebruiken dat hun opmerkzaamheid mogelijk vermindert.

Dagrijlichten (dimlichten in het donker) zijn verplicht.
Veiligheidsuitrusting voor auto'sBrandblusser
Gevarendriehoek
Veiligheidsuitrusting voor voetgangersVoetgangers die in het donker buiten de bebouwde kom op de weg lopen, moeten op hun kleding reflecterende elementen dragen die zichtbaar zijn voor andere weggebruikers, tenzij zij op een voetpad of trottoir lopen.
Verplichte veiligheidsuitrusting voor fietsers
Voetgangers
Noodcorridor en ritsen

Weggebruikers moeten een noodcorridor vrijmaken en ritsen zoals aangegeven op de afbeeldingen. Zo kunnen de hulpdiensten sneller op de plaats van het ongeval komen en verloopt het verkeer vlotter.

Disclaimer

Deze informatie over verkeersveiligheid en verkeersregels wordt verstrekt door de nationale autoriteiten overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Richtlijn (EU) 2015/413. De Europese Commissie is niet aansprakelijk voor de juistheid van deze informatie. De meest correcte en actuele informatie vindt u op de nationale websites, waar u ook informatie kunt vinden over andere nationale regels, bijvoorbeeld over tolvignetten, emissiestickers en tolwegen.

Algemene informatie hierover

Verkeersregels en verkeersveiligheid

Laatste controle: 12/06/2023
Deze bladzijde delen