EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Trans-Europese netwerken: naar een geïntegreerde aanpak

De infrastructuur voor de vervoers-, energie- en telecommunicatienetwerken is uitgebouwd overeenkomstig nationale schema's en moet op Europees niveau worden geharmoniseerd, onderling gekoppeld en geïntegreerd tot trans-Europese netwerken (TEN). Gelijklopend met die ontwikkeling heeft het grotere milieubewustzijn tot gevolg dat er op een andere manier wordt gedacht over ruimtelijke ordening en de uitbouw van infrastructuur. In haar mededeling maakt de Europese Commissie daarom de balans op van de TEN in 2006 en verspreidt zij de conclusies van de stuurgroep die belast was met het onderzoek naar de mogelijkheid van een geïntegreerde aanpak voor de ontwikkeling van de TEN.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 21 maart 2007 - Trans-Europese netwerken: Naar een geïntegreerde aanpak [COM(2007) 135 definitief - Niet gepubliceerd in het publicatieblad].

SAMENVATTING

De trans-Europese netwerken (TEN) zijn een ambitieuze doelstelling die essentieel is voor het concurrentievermogen van de Europese Unie (EU) en dus voor groei en werkgelegenheid. Verschillende belangrijke industriële programma's zoals GALILEO, ERTMS en SESAR zijn opgezet volgens de logica van een Europeanisering van de vervoersinfrastructuur, die vroeger vaak uitsluitend vanuit een nationale optiek werd ontwikkeld.

Een essentieel onderdeel van het TEN-beleid is bovendien het duurzaam gebruik van de beschikbare hulpmiddelen. De meest milieuvriendelijk transporttakken krijgen daarom voorrang bij de vaststelling van de prioritaire projecten.

Stand van zaken voor de TEN in 2006

De verwezenlijking van de 30 prioritaire projecten in de vervoerssector heeft vertraging opgelopen ten opzichte van de oorspronkelijke planning. Voor de nieuwe, zeer dure, infrastructuurwerken zijn onvoldoende financiële middelen uitgetrokken. Het netwerk blijft daarom hiaten vertonen en in de financiële programmeringsperiode 2007-2013 moet er ongeveer 160 miljard euro worden geïnvesteerd alleen al om de prioritaire projecten te realiseren. Het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het Cohesiefonds blijven de belangrijkste communautaire financieringsbronnen, terwijl de Europese Investeringsbank (EIB) infrastructuurwerken blijft financieren via leningen en een specifiek garantie-instrument.

Recentelijk heeft de Gemeenschap richtsnoeren goedgekeurd die tot doel hebben de trans-Europese energienetwerken bij te werken (Beschikking nr. 1364/2006/EG). Er zijn 32 projecten in verband met elektriciteitsnetwerken en 10 projecten in verband met aardgasnetwerken van Europees belang verklaard. In de periode tot 2013 moet de EU minimaal 30 miljard euro investeren. Uit middelen van de TEN-begroting is tussen 2000 en 2006 een bedrag van ongeveer 140 miljoen euro geïnvesteerd in trans-Europese energienetwerken. Voor het financiële kader 2007-2013 is een bedrag van 155 miljoen euro uitgetrokken. De Commissie onderstreept dat dit bedrag gering is, rekening houdend met het belang van de betrokken netwerken en met de bestaande behoeften.

In de telecommunicatiesector worden de investeringen momenteel geconcentreerd op de modernisering van de bestaande netwerken. In haar mededeling "Overbrugging van de breedbandkloof (

Naar een geïntegreerde aanpak: de conclusies van de stuurgroep

De op verzoek van de Commissie op 20 juli 2005 opgerichte TEN-stuurgroep heeft de mogelijke synergieën tussen trans-Europese netwerken onderzocht, alsook de wijzen van financiering en de verdeling tussen de financieringsinstrumenten. Daarbij is gebleken dat de combinatie weg en spoorweg duidelijke voordelen biedt (gebruik van beperkte ruimte, lagere kosten en minder milieueffecten) en dat het daadwerkelijk voordelen biedt om de TEN onderling te combineren. De synergieën tussen de vervoers- en de telecommunicatienetwerken lijken de meest veelbelovende te zijn. Voor de onderlinge koppeling van elektriciteitsnetwerken bestaan interessante, nog te onderzoeken mogelijkheden.

De stuurgroep wijst ook op de potentiële milieubaten van een geïntegreerde aanpak voor de TEN. De 30 prioritaire projecten van het trans-Europese vervoersnetwerk zijn grotendeels projecten waarbij milieuvriendelijke, weinig energie verbruikende vervoersmiddelen, zoals vervoer per spoor en over water, worden bevorderd. Door de interconnecties van de nationale energienetwerken en de aansluiting van hernieuwbare energiebronnen op die netten kan het gebruik van de capaciteit in elke lidstaat worden geoptimaliseerd, waardoor de negatieve milieueffecten worden verkleind.

De stuurgroep beveelt derhalve het volgende aan:

  • ga voort met het zoeken naar synergieën tussen de TEN om uiteindelijk te komen tot een handboek van goede praktijken en ontwikkel synergieën tussen de doelstellingen van het cohesiebeleid en de prioriteiten die in het kader van de TEN zijn gekozen;
  • evalueer de behoefte aan alternatieve oplossingen, zodat de beschikbaarheidsbetalingen over meerdere perioden van het financiële kader kunnen worden gespreid en doe zo nodig een passend wetgevingsvoorstel;
  • volg de ontwikkeling van de publiek-private partnerschappen op de voet en neem alle nodige maatregelen om dit type financiering te bevorderen;
  • realiseer de prioritaire projecten van de TEN binnen de gestelde termijnen en zorg er tegelijk voor dat de milieuwetgeving wordt toegepast.

Gebruik van nieuwe technologieën

In de tussentijdse evaluatie van het witboek Vervoer van 2001 van de Commissie (l24461) wordt de potentiële rol van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën voor een veilig en duurzaam vervoer van personen en goederen erkend. Talrijke systemen, zoals de intelligente vervoerssystemen (ITS), het Europese verkeersleidingsysteem voor de spoorwegen (ERTMS) en het Europese project voor satellietnavigatie GALILEO, zijn doeltreffende instrumenten om de verkeersveiligheid te vergroten en verkeersopstoppingen en de gevolgen van het vervoer voor het milieu te verminderen.

De stuurgroep beveelt aan de investeringen in ITS van meet af aan in de planning van alle nieuwe projecten op het gebied van trans-Europese vervoersnetwerken te integreren.

Juridische verduidelijking inzake de niet-cumulatie van communautaire middelen

De stuurgroep is van mening dat elke mogelijkheid van cumulatie van subsidies uit verschillende communautaire fondsen moet worden uitgesloten. Hij bevestigt dat moet worden vastgehouden aan een coherente aanpak waarbij de verschillende juridische instrumenten worden ingezet. Wanneer de Commissie steun toekent aan de TEN, controleert zij derhalve of de projecten al dan niet steun hebben ontvangen uit de Structuurfondsen of het Cohesiefonds.

Naar het oordeel van de stuurgroep zijn de vertragingen bij de uitvoering van de prioritaire projecten op het gebied van vervoer voornamelijk het gevolg van de moeilijkheid om de communautaire subsidieregels voor het TEN-budget in overeenstemming te brengen met de reële behoeften van die projecten. Met de nieuwe TEN-verordening zal de medefinanciering van de grote, technisch en financieel gecompliceerde grensoverschrijdende projecten beter rond te krijgen zijn.

De stuurgroep onderstreept ook de voordelen van financieringsformules met behulp van publiek-private partnerschappen (PPP) en wijst op het belang van een Europees garantie-instrument (gewaarborgd door de EIB) dat de financiering van trans-Europese vervoersnetwerken via PPP kan bevorderen. Dit systeem kan bijdragen tot een verlichting van de risico's ten gevolge van ontoereikende inkomsten gedurende de eerste jaren van de exploitatie van een project, en kan voorts een aanzienlijke hefboomwerking hebben.

PPP's op basis van het beschikbaarheidsrisico maken ook volledig deel uit van de in aanmerking komende financieringsvormen voor communautaire financiële steun uit hoofde van de nieuwe verordening voor vervoers- en energie-TEN.

Laatste wijziging: 02.04.2008

Top