De Europese identificatiecode voor jurisprudentie

 

SAMENVATTING VAN:

Actieplan Europese e-justitie 2019-2023

Conclusies waarin de invoering wordt aanbevolen van een Europese identificatiecode voor jurisprudentie (ECLI), en van een minimumaantal uniforme metagegevens betreffende jurisprudentie

Artikel 67 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

WAT IS HET DOEL VAN HET ACTIEPLAN, DE CONCLUSIES EN HET VERDRAGSARTIKEL?

Het Actieplan Europese e-justitie 2019-2023 bouwt voort op het Meerjarenactieplan 2014-2018 voor Europese e-justitie van de EU dat nu is beëindigd. Beide weerspiegelen het belang van grensoverschrijdende toegang tot nationale jurisprudentie*, de noodzaak van standaardisatie en gedecentraliseerde technologie.

In de conclusies werd opgeroepen tot de invoering van een Europese identificatiecode voor jurisprudentie (ECLI), en van een minimumaantal uniforme metagegevens* betreffende jurisprudentie.

De conclusies zijn gebaseerd op artikel 67, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. In dit artikel staat dat de EU een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht is, waarin de grondrechten en de verschillende rechtsstelsels en -tradities van de EU-landen worden geëerbiedigd.

KERNPUNTEN

Het hebben van toegang tot de jurisprudentie is van essentieel belang voor de rechtsstaat — een van de kernwaarden van de EU, zoals uiteengezet in artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Door deze toegang:

• is toezicht op de rechtspraak gegarandeerd;
• wordt de rechterlijke macht transparanter; en
• blijft het publiek op de hoogte van de ontwikkelingen van het recht.

De jurisprudentie van de nationale rechtbanken vormt een belangrijke bron van informatie over de rechtsorde van de EU-landen, maar ook over het EU-recht. Naast problemen met betrekking tot taal is het gebrek aan uniforme identificatiecodes voor jurisprudentie een belemmering voor grensoverschrijdend onderzoek over juridische kwesties. Burgers, de beroepspraktijk en de nationale autoriteiten hadden derhalve behoefte aan een instrument waarmee de nationale en Europese jurisprudentie gemakkelijk kan worden doorzocht en vervolgens duidelijk kan worden aangehaald.

Het doel hiervan was niet om een gecentraliseerde Europese gegevensbank over nationale jurisprudentie te creëren. In plaats daarvan is er een gemeenschappelijk systeem op het gebied van jurisprudentiële identificatie en metagegevens ingevoerd.

In de conclusies werden de EU-landen daarom opgeroepen tot de invoering op vrijwillige basis van:

• een minimumaantal uniforme metagegevens: de Raad van de EU heeft een lijst van metagegevens opgesteld, zoals de volledige benaming van het hof of gerecht, het land waarin het hof of gerecht zich bevindt en de datum van de beslissing, die in elk document dat een instantie van een rechterlijke beslissing is, moeten zijn vermeld;
• de ECLI: deze uniforme identificatiecode aan de hand waarvan rechtelijke beslissingen gemakkelijker kunnen worden geïdentificeerd, bestaat uit vijf verplichte onderdelen:
  • „ECLI”: om aan te geven dat de identificatiecode een Europese identificatiecode voor jurisprudentie is;
  • de code van het land;
  • de afkorting van de rechtbank die de beslissing heeft gegeven;
  • het jaar van de beslissing;
  • een telwoord van ten hoogste 25 alfanumerieke tekens, in een formaat dat elke lidstaat zelf bepaalt;
  • dubbelpunten (:) worden gebruikt om deze onderdelen van elkaar te scheiden. Er zijn geen andere leestekens toegestaan.

Elk deelnemend EU-land dat de ECLI gebruikt, moet bij de uitvoerende of rechterlijke macht een nationale ECLI-coördinator aanwijzen. Binnen één land kunnen hoven en rechtbanken op elk moment toetreden tot het systeem. De ECLI is ook ingevoerd door de kamers van beroep van het Europees Octrooibureau en door het Hof van Justitie van de Europese Unie (dat ook optreedt als ECLI-coördinator voor de EU). Er wordt een Europese identificatiecode toegekend aan alle beslissingen die worden gedaan, niet alleen aan die welke op internet worden gepubliceerd.

De voordelen van de ECLI zijn onder andere:

• het aanhalen van jurisprudentie is gemakkelijker en rechtsbeoefenaars en academici zijn minder tijd kwijt aan het onderzoeken ervan;
• een meertalige ECLI-zoekmachine waardoor gebruikers rechterlijke beslissingen kunnen vinden in de gegevensbanken van die uitgeverijen van jurisprudentie die de ECLI-norm hebben ingevoerd en toegang tot hun gegevens hebben verleend;

• betere toepassing van het EU-recht door nationale rechters omdat ze gemakkelijker relevante jurisprudentie kunnen vinden;
• meer wederzijds begrip tussen de juridische gemeenschappen van de EU-landen.

In december 2018 heeft de Raad de strategie en het actieplan voor de ontwikkeling van e-justitie aangenomen voor de periode 2019-2023. Werkzaamheden die aan e-justitie zijn gerelateerd, zullen gericht zijn op drie doelstellingen:

• de verbetering van toegang tot informatie op het gebied van justitie;
• de voortzetting van de digitalisering van gerechtelijke en buitengerechtelijke procedures om een eenvoudigere en snellere toegang tot rechterlijke uitspraken te bieden; en
• de verzekering van de technische implementatie en het beheer van de nationale e-justitiesystemen waardoor interconnectie en interoperabiliteit tussen de systemen van EU-landen mogelijk zijn.

ACHTERGROND

Informatie over de ECLI kan worden gevonden op het Europese e-justitieportaal. Dit portaal biedt de bijzonderheden over het formaat en gebruik van de identificatiecode, en over de metagegevens en de nationale coördinatoren. De website geeft ook toegang tot een ECLI-zoekmachine. Deze zoekmachine is niet bedoeld als databank op Europees niveau, maar maakt het eenvoudigweg mogelijk om, met behulp van de ECLI en bepaalde metagegevens, de onderling verbonden nationale databanken en websites te doorzoeken.

KERNBEGRIPPEN

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Actieplan Europese e-justitie 2019-2023 (PB C 96 van 13.3.2019, blz. 9-32)

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Derde deel — Het beleid en intern optreden van de Unie — Titel V — De ruimte van vrijheid, veiligheid en recht — Hoofdstuk 1 — Algemene bepalingen — Artikel 67 (oud artikel 61 VEG en oud artikel 29 VEU) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 73)

Raadsconclusies waarin de invoering wordt aanbevolen van een Europese identificatiecode voor jurisprudentie (ECLI), en van een minimumaantal uniforme metagegevens betreffende jurisprudentie (PB C 127 van 29.4.2011, blz. 1-7)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Strategie inzake Europese e-justitie 2019-2023 (PB C 96 van 13.3.2019, blz. 3-8)

Meerjarenactieplan 2014-2018 voor Europese e-justitie (PB C 182 van 14.6.2014, blz. 2-13)

Laatste bijwerking 29.04.2019