EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

EU-richtsnoeren ter bevordering van de naleving van het internationale humanitaire recht

 

SAMENVATTING VAN:

Bijgewerkte EU-richtsnoeren ter bevordering van de naleving van het internationale humanitaire recht

Artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU)

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING EN ARTIKEL 3 VEU?

De richtsnoeren reiken de EU werkinstrumenten aan ter bevordering van de naleving van het internationale humanitaire recht (IHR) door middel van de relaties met de rest van de wereld.

De richtsnoeren zijn bedoeld voor iedereen die actie onderneemt binnen de context van de relaties die de EU heeft met de rest van de wereld teneinde de gevolgen die gewapende conflicten hebben op burgers en gedetineerden te verkleinen. Ze zijn een aanvulling op richtsnoeren en andere gemeenschappelijke standpunten die de EU heeft aangenomen met betrekking tot mensenrechten (bijvoorbeeld over foltering en de doodstraf).

Artikel 3, lid 5, VEU somt de beginselen op waarop de EU is gegrondvest, waaronder ook de beginselen met betrekking tot externe relaties. Deze beginselen omvatten de principes van vrijheid, democratie, respect voor de rechten van de mens en fundamentele rechten en de rechtsstaat.

KERNPUNTEN

De richtsnoeren zijn voor publieke (inclusief EU-institutionele) of niet-statelijke actoren (niet-gouvernementele organisaties enz.) die werkzaam zijn in de EU.

De gevolgen van gewapende conflicten verkleinen

Het IHR is ook bekend als het oorlogsrecht. Het reguleert de middelen en methoden van oorlogvoering om de gevolgen van gewapende conflicten te verkleinen. Naleving van deze rechtsbeginselen zou het mogelijk moeten maken om mensen te beschermen die niet of niet meer deelnemen aan conflicten (zoals burgers en oorlogsgevangenen).

Het IHR is van toepassing op:

  • gewapende conflicten, of die zich nu voordoen tussen landen of binnen één land, en ongeacht de oorzaak van het conflict; internationale, gewapende conflicten en nationale, gewapende conflicten zijn echter onderhevig aan andere wettelijke regels;
  • bezetting van grondgebied dat gerelateerd is aan de gewapende conflicten.

Daarnaast kan het internationale recht aangaande de rechten van de mens zowel in tijden van vrede als in tijden van oorlog worden toegepast. Ze vullen het IHR aan.

Operationele richtsnoeren

De EU zet zich in voor een effectieve implementatie van het IHR. Om te beginnen moeten de betrokken actoren informatie verzamelen over conflicten en rapporten opstellen, beoordelingen geven en aanbevelingen doen aangaande de te nemen actie. Dit heeft betrekking op:

De EU heeft diverse uitvoeringsbevoegdheden tot haar beschikking:

  • politieke dialoog met niet-EU-landen, zowel in tijden van oorlog als in tijden van vrede;
  • algemene publieke verklaringen waarin de EU het standpunt inneemt ten gunste van de naleving van het humanitaire recht;
  • initiatieven en publieke verklaringen waarmee de EU situaties of specifieke handelingen veroordeelt;
  • beperkende maatregelen en sancties die toegepast kunnen worden op staten of personen die betrokken zijn bij een conflict. Dergelijke maatregelen moeten geschikt en in overeenstemming zijn met het internationaal recht;
  • samenwerking met internationale instanties;
  • crisisbeheersingsoperaties omvatten o.a. missies om informatie te verzamelen die nuttig is voor het Internationaal Strafhof of voor onderzoek naar oorlogsmisdaden;
  • de vervolging van personen die verantwoordelijk zijn voor de schending van het internationale humanitaire recht;
  • de training en opleiding van bevolkingen, militair personeel en wetshandhavingsfunctionarissen;
  • de controle van de wapenverkoop, in overeenstemming met Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB dat bepaalt dat exportlicenties onderhevig zijn aan de naleving van het humanitaire recht door landen die wapens invoeren.

Individuele verantwoordelijkheid in het geval van een conflict

Bepaalde ernstige schendingen van het IHR zijn gedefinieerd als oorlogsmisdaden. Ze kunnen zich voordoen in dezelfde omstandigheden als genocide en misdaden tegen de menselijkheid. EU-landen zien erop toe dat degenen die verantwoordelijk zijn voor oorlogsmisdaden worden voorgeleid bij een rechtbank in hun eigen land, een rechtbank in een ander land of het Internationaal Strafhof.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie — Titel I — Gemeenschappelijke bepalingen — Artikel 3 (oud artikel 2 VEU) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 17)

Bijgewerkte richtsnoeren van de Europese Unie inzake de bevordering van de naleving van het internationale humanitaire recht (IHR) (PB C 303, 15.12.2009, blz. 12-17)

GERELATEERD DOCUMENT

Besluit 2011/168/GBVB van de Raad van 21 maart 2011 betreffende het Internationaal Strafhof en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2003/444/GBVB (PB L 76 van 22.3.2011, blz. 56-58)

Laatste bijwerking 02.03.2018

Top