EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Partnerschap met Afrika voor de ontwikkeling van de katoensector

Katoen is een belangrijke sector van de economie in verschillende Afrikaanse landen en vooral in West-Afrika. De Europese Unie (EU) en Afrika hebben een partnerschap voor de ontwikkeling van de katoensector gesloten, dat handels- en ontwikkelingscomponenten omvat. In dat kader ondersteunt de EU het concurrentievermogen van de katoensector in Afrika en streeft zij ernaar die sector minder kwetsbaar te maken

BESLUIT

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 12 februari 2004 - Voorstel voor een partnerschap tussen de EU en Afrika ter ondersteuning van de ontwikkeling van de katoensector [COM(2004) 87 definitief - Niet in het Publicatieblad bekendgemaakt].

SAMENVATTING

Afrikaans katoen en de uitdagingen op de wereldmarkt

De katoenuitvoer is van vitaal belang voor verschillende Afrikaanse landen, met name in West- en Centraal-Afrika. Zo vertegenwoordigt de katoenuitvoer 30 à 40 % van de exportopbrengsten van Benin, Burkina Faso, Tsjaad en Mali. De Europese Unie is een netto-invoerder van katoen. De Europese katoenproductie vertegenwoordigt slechts 2 % van de wereldproductie, zodat de invloed van de EU op de prijsvorming op de internationale markten marginaal is.

De sector heeft te kampen met diverse problemen, zowel internationaal als nationaal. Op internationaal niveau vertonen de prijzen op lange termijn een dalende tendens, terwijl zich op korte termijn sterke schommelingen voordoen; anderzijds vervalsen de productiesubsidies in verschillende industrielanden de handel. Op nationaal niveau wordt de sector bedreigd door zijn beperkt vermogen om zich aan de ontwikkeling van de vraag aan te passen en zijn langzame technologische innovatie.

Partnerschap ter ondersteuning van de Afrikaanse katoensector

De EU wil de ontwikkeling van de Afrikaanse katoensector ondersteunen via een partnerschap dat openstaat voor alle Afrikaanse landen van de groep Afrika, Caribisch gebied en Stille Oceaan, waarvan de economie in grote mate van katoen afhankelijk is.

Het eerste doel van het partnerschap is het creëren van rechtvaardiger handelsvoorwaarden op de internationale katoenmarkten in het kader van de landbouwbesprekingen die deel uitmaken van de ontwikkelingsagenda van Doha (EN) van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Het gaat met name om de volgende initiatieven:

  • volledige openstelling van de markten van alle ontwikkelde landen voor katoen en textielproducten van oorsprong uit de minst ontwikkelde landen, naar het voorbeeld van het EU-initiatief "alles behalve wapens" (EN). Bovendien wil de EU zoeken naar oplossingen voor de escalatie van de douanerechten * en de erosie van de handelspreferenties voor de ontwikkelingslanden;
  • verlaging van alle vormen van uitvoersubsidies voor katoen en productiesubsidies, die de markt scheeftrekken doordat zij leiden tot een verhoging van productie en uitvoer;
  • handelsgerelateerde technische bijstand om de Afrikaanse landen te helpen bij het bepalen en verdedigen van hun belangen in het kader van de multilaterale handel.

Ten tweede heeft het partnerschap tot doel de katoenproducerende regio's en landen van Afrika te ondersteunen. Enerzijds heeft de Commissie de volgende agenda teneinde het concurrentievermogen van de katoeneconomieën te verbeteren:

  • stimuleren van alomvattende plannen voor duurzame ontwikkeling van de katoenproducerende regio's en landen en bevordering van de diversificatie van de katoensector;
  • versterken van de ontwikkeling van instellingen en beleidslijnen die verband houden met katoen, waardoor het mogelijk wordt sectorale hervormingen op gang te brengen;
  • aanmoedigen van investeringen in activiteiten voor de integratie van de katoenproductieketen;
  • bevorderen van de technologische aanpassing en innovatie van de productie, met name in kleine bedrijven;
  • bevorderen van de erkenning van de kwaliteit van Afrikaans katoen op de internationale markt;
  • gebruikmaken van de onderhandelingen over de economische partnerschapsovereenkomsten om het concurrentievermogen van de sector te verbeteren.

Anderzijds is de Commissie, teneinde de inkomensonzekerheid als gevolg van het volatiele karakter van de prijzen, van plan:

  • de katoenproducenten te helpen toegang te krijgen tot marktgebaseerde mechanismen voor risicobeheer;
  • de internationale financiële instellingen aan te sporen om bepalingen voor het opvangen van prijsschommelingen voor basisproducten in hun huidige mechanismen op te nemen;
  • de toegang van de ACS-landen tot het FLEX-mechanisme te vergemakkelijken.

Voor de tenuitvoerlegging van het partnerschap is de gezamenlijke deelname van de EU-lidstaten en de katoenproducerende Afrikaanse landen noodzakelijk. De Commissie heeft het voornemen "taskforces katoen" te creëren, die belast zullen worden met het onderzoek en de coördinatie van de werkzaamheden. In die taskforces zullen vertegenwoordigers van de regeringen van de producerende landen, de Commissie en andere partners zetelen. De tenuitvoerlegging zal periodiek worden geëvalueerd.

De financiering van het partnerschap is gebaseerd op bestaande instrumenten en mechanismen, met name in het kader van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF). Bovendien zal de herziening van de toepassingsvoorwaarden van het FLEX-mechanisme de toegang tot het instrument vergemakkelijken.

Context

Dit voorstel vormt een concrete toepassing van de beginselen in de mededeling betreffende het actieplan voor ketens van landbouwgrondstoffen (esdeenfr), die parallel met deze mededeling is goedgekeurd.

Belangrijkste begrippen

  • Escalatie van rechten: rechten die verhogen naarmate de productie zich in een verder gevorderd verwerkingsstadium bevindt

Belangrijkste cijfers

  • West- en Centraal-Afrika: 5,1 % van de wereldproductie en 12,7 % van de werelduitvoer van katoen (2001-2002). Die uitvoer gaat voor 70 % naar de EU.
  • De EU is een netto-invoerder van katoen: zij neemt 2,6 % van de wereldproductie en 4,7 % van de werelduitvoer van katoen voor haar rekening (2001-2002). Een derde van de katoeninvoer van de EU is afkomstig van West-en Centraal-Afrika.

GERELATEERDE BESLUITEN

Op 10 april 2006 is bij de Raad een verslag over de stand van zaken bij het partnerschap EU-Afrika voor de ontwikkeling van de katoensector ingediend, samen met het actieplan betreffende de ketens van landbouwgrondstoffen (pdf). In het rapport werd met name gewezen op de vorderingen bij de tenuitvoerlegging van het partnerschap en de verdere noodzakelijke activiteiten voor de verbetering van het concurrentievermogen van de productie en de verhoging van het landbouwersinkomen. Vervolgens heeft de Commissie in november 2007 een nieuw verslag over de tenuitvoerlegging van het partnerschap bij de werkgroep grondstoffen van de Raad ingediend. In dit verslag wordt de nadruk gelegd op de versnelde tenuitvoerlegging van het partnerschap in 2007.

Conclusies van de Raad over de ketens van landbouwgrondstoffen, de afhankelijkheid en de armoede, en over een partnerschap EU-Afrika ter ondersteuning van de ontwikkeling van de katoensector. Raad algemene zaken en externe betrekkingen - 27 april 2004 [Niet in het Publicatieblad bekendgemaakt] (pdf) . 11. De Raad keurt de mededeling goed waarin een partnerschap met Afrika in de katoensector wordt voorgesteld en verzoekt de Commissie de mogelijke toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal raadgevend comité voor katoen (ICAC) (EN) te onderzoeken.

Laatste wijziging: 15.01.2008

Top